De elfde rit in de Vuelta a España kende een onverwachte wending. Door protesten rond het Israëlisch-Palestijns conflict bij de finishlocatie in Bilbao besloot de organisatie geen winnaar uit te roepen. Ook werden de officiële tijdsverschillen vastgesteld op drie kilometer voor de eindstreep.
Ondanks deze maatregelen bleef het koersverloop spannend. Op de laatste van de zeven gecategoriseerde beklimmingen werd nog fel gestreden om bonificatieseconden. Tom Pidcock wist daar Jonas Vingegaard voor te blijven. Samen reden zij een kleine voorsprong bijeen op directe concurrenten als Almeida, Jorgenson, Hindley en Gall, die bij het virtuele meetpunt drie kilometer voor de streep tien seconden achterlagen.
De rit kende al vroeg interessante ontwikkelingen. Mads Pedersen ging actief op zoek naar punten voor de groene trui, terwijl Juan Ayuso probeerde mee te springen in de vlucht van de dag. Marc Soler, ploeggenoot van Ayuso, viel aan op de Alto de Pike — een klim waar hij in 2022 een etappezege boekte.
Er werd verwacht dat de echte strijd zou losbarsten op diezelfde Alto de Pike, maar een ingreep van de organisatie gooide roet in het eten. De renners voltooiden de beklimming nog wel, maar de etappe eindigde uiteindelijk zonder officiële uitslag.
De gevolgen voor het algemeen klassement bleven beperkt. João Almeida schoof op naar de tweede plaats, terwijl Tom Pidcock nu derde staat. Rijders als Ciccone, Pellizari en Bernal verloren licht terrein in het klassement.
© Vuelta a_España
